Category: Wolf

Alle artikelen die zijn opgenomen in het boek Wolf

Terwijl wij elkaar de kop inslaan, speelt de duivel lachend met onze ballen.

Een goed stuk schrijven in een spiegelpaleis waarin alles per uur schuift, iedereen LSD lijkt te hebben geslikt, waar menigeen bloedschuim op de mond krijgt zodra je het theaterstuk van de dag, dat met een razendsnelle decorwissel verandert van een dodelijke pandemie in een patatje kernoorlog, niet tot de letter volgt, is niet eenvoudig, maar ik ga het toch proberen. 

Het mooiste boek dat ik ooit las, behalve wellicht de Bijbel, is ‘Master and Margarita’. Drie kunstig verstrengelde delen, geschreven door de getormenteerde, dissidente grootmeester Michael Boelgakov, die tijdens zijn leven een zwierende dance macabre leidde met Iosef Dzjoegasjvili, Stalin, de stalen duivel zelf. 

Waar ontelbare schrijvers, dichters en intellectuelen hun systeemkritiek niet na konden vertellen en eindigden met een kille kogel uit een Makarov in hun nek, verpakte Boelgakov zijn abjecte mening zodanig creatief, dat hij steeds op het randje van de vulkaan bleef balanceren. 

Zijn spottende, analogische woorden als zorgvuldige geplaatste banderilla’s van de toreador, die op het nippertje de hoorns van een woedende stier weet te ontwijken, toch steeds een gevoelige steek toebrengend aan het briesende beest.

Ik zal het meesterwerk van Boelgakov hier niet uitvoerig behandelen, omdat ik wil dat jullie het allemaal zelf lezen. Maar ik licht er één hilarische scene uit, omdat deze feilloos rijmt met de krankzinnige periode waarin we leven en laat zien dat volstrekte waanzin zijn eigen logica heeft.

Een scene die naadloos past bij onze tijdsgeest, waardoor de, door de schrijver verborgen symboliek na 100 jaar, zich ineens voor je eigen ogen openbaart. 

Het is een scene die laat zien hoe de mensheid zich gedraagt in tijden van terreur en onderdrukking, leugens en angstpropaganda;

Als speelbal van hun beulen.

In Meester en Margarita stijgt de Duivel zelf, Professor Woland, die in de verte wel wat heeft van Klaus Schwab, op naar Moskou. Een opvallend beschaafde, bij tijd en wijle aimabele Satan, die niets liever doet, dan de grauwe lompe massa met haar ijdele zwakzinnigheid te confronteren en kunstig de menselijke hoofdzonden, zoals hebzucht, kuddegedrag, hubris en moordzucht, als zuivere noten op een kromme viool, uit te spelen, terwijl hij ze bezighoudt met spiegeltjes en kraaltjes, hallucinaties en goedkoop theater. De massa tegen elkaar opzettend en eeuwig in de war houdend, zonder dat ze dit zelf beseffen of de waanzin op zichzelf betrekken.

Niet vreemd dat professor Woland zich voordoet als magiër, als ‘goochelaar’. 

Op een avond verzorgt Woland een optreden in het Varieté theater met zijn helpers; een motley crue van misfits, Onder anderen een grote zwarte poes, een mannetje met een bolhoed en één slagtand, Azazzel, een van de gevallen engelen voor wie het boek van Enoch kent, de heks Hella en een lange rare man met een pince nez en een geruiten vestje, Fagot of Korojev., die de bizarre show aan elkaar praat. 

Woland begint zijn show, met het neer laten dalen van een roebelregen op het publiek, dat graaiend over elkaar heen buitelt om de zakken te vullen, waarop de spreekstalmeester van het theater, na een wijsneuzige opmerking over de echtheid van het geld, op aangeven van het publiek, feilloos door de zwarte kater Behemoth wordt onthoofd en daarna weer keurig door Fagot in elkaar wordt gezet.

In het hoofdprogramma wordt het podium in een flits omgetoverd tot een Parijse winkel, waar iedere vrouw uit het publiek zich gratis mag verkleden in de duurste van de duurste couture. 

De show eindigt met de Korojev die een notabele, tot grote hilariteit van het hele publiek, tegenover zijn vrouw te kakken zet als vreemdganger.

En als klap op de vuurpijl, blijkt de couture waar de dames in zijn gekleed, plots te verdwijnen, zodat ze zich in blote kont, ondergoed en blinde paniek naar huis moeten haasten. 

Zou Woland soms Stalin zijn?

En belangrijker. 

Zitten wij niet in de versleten pluche stoelen van datzelfde variété theater? Hangen wij niet op onze beurt aan de lippen van de duivels van vandaag? De Wolands van nu, met hun helpertjes in hun maatpakken en kokerrokken, die ons in een flits, van de ene bizarre scene naar de volgende fata morgana voortslepen; van klimaatpaniek naar pandemie, van de stinkstal van John de Mol, naar een illusoire oorlog, waarin we als voetbalsupporters worden opgehitst om elkaar nog meer te haten en te minachten? Met zijn allen in een continue staat van blinde eufore paniek, waarin wij zicht op waarheid, werkelijkheid én onze echte dodelijke vijand volledig kwijt zijn geraakt? 

Is het niet zo dat ook wij ons als woeste hoorndol gemaakte horzels gedragen, als hebberige slaven. Als kortzichtige kuddedieren, die uitsluitend voor zichzelf kiezen, altijd op zoek naar een heks om te verbranden, een Sywertje om smalend tomaten tegenaan te gooien, een vliegtuig om neer te halen.

Blij met niets en kwaad op alles.

Behalve op de Duivel zelf.

Help een columnist de oorlog door!

Vind je mijn werk dus goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Oorlog met Rusland? Hans, we are the Baddies.

Als “staatsvijand nummer één” kijk ik ieder jaar op 9 Mei, de Parade, waarmee Rusland de overwinning viert op de Nazi’s in de Grote Vaderlandse Oorlog. De indrukwekkende herdenking van het onmetelijke bloedbad dat ons vrijheid bracht, waar de Sovjets met miljoenen tegelijk, de hoogste prijs voor betaalden; dertig miljoen soldaten, piloten, matrozen, omaatjes en meisjes met linten in hun haren, gingen zonder mededogen door de vleesmolens van de hel.

Het onvoorstelbaar leed dat diepe, zwarte voren sleet in de Russische ziel, kun je nu na 77 jaar na het laatste kanonschot, nog terughoren in liedjes zoals верните память, waar hele zalen ook nu nog voor opstaan, in diep respect en oprecht verdriet. Van stokoud tot piepjong.

Als het gejuich uit vele kelen klinkt over het Rode Plein, recht ook ik mijn schouders en brul mee. “YPA!” 

In Rusland voetballen ze niet met kransen.

Het doet me pijn dat uitgerekend het land waar ik van houd, de mensen, de cultuur, een land onder God, een land waarvan ik de taal spreek, op zo’n vieze, doorzichtige klassieke “Neo Con” manier, onder ronkende fantoomdreigingen en gefabriceerde angstoffensieven, opnieuw door het westen, tot aan de rand van een oorlog wordt gedwongen in hun eigen achtertuin.

Ondanks de smeekbedes van een vermoeide, opvallend verdrietig ogende Poetin, die, in tegenstelling tot onze ladyboy-leiders, defensiemeisjes, tranny-generaals en D66 Twiggy’s, weet wat oorlog zou betekenen en hoe onmetelijk hoog de prijs zal zijn. 

Ondanks de sussende woorden van Zelensky, die Biden zelfs uitnodigde om met eigen ogen te komen zien dat er van Russische dreiging helemaal geen sprake is. 

Het doet pijn dat ik word geacht, opnieuw een volstrekt onschuldig volk te haten. Net als de Irakezen, de Syriërs, de Afghanen, volkeren die ons geen vlieg kwaad deden, maar wiens bruiloften en kinderpartijtjes een makkelijke prooi waren voor onze drones en F16’s. 

We zagen het wel, hun dode babies, die verscheurde poppen, maar wij keken weg, haalden onze schouders op en leefden door. 

En zie, nu is Europa wellicht zelf aan de beurt, omdat Vicky Nuland en haar doodzieke vriendjes het hart van de Russische ziel, hebben uitgekozen als nieuwe Killing Fields om hun raketten, jets ander wapentuig te testen. The chickens came home to roost.

De elite vind het tijd voor oorlog. De vrede heeft lang genoeg geduurd. Raytheon en Boeing missen de omzet en de aandacht van de westerling, die wakker wordt uit zijn covid winterslaap, moet naarstig worden afgeleid.

We worden een oorlog ingerommeld door ons eigen diep corrupte militair, industrieel, farmaceutisch complex, dat in paniek afleiding zoekt voor de hilarische, maar niet minder dodelijke puinhoop, die ze van hun eigen gedroomde, totale machtsovername hebben gemaakt. Ze zoeken afleiding voor de als spreeuwen neervallende sporters, voor HIV tests die ineens worden gepromoot alsof het de normaalste zaak van de wereld is, voor de Canadese Truckers die van geen wijken weten en de wereldwijde protesten die maar niet stoppen. 

Afleiding voor de zelfmoorden, de faillisementen, het diepe verraad tegen de eigen bevolking door Westerse media en politiek.

Afleiding voor de EU pantserwagens onder de Arc de Triomphe, de neergeknuppelde bejaarden, de gekaapte macht van de Brusselse technocraten en de diepe corruptie van hun leiding, die hier nu al dieper wordt geminacht dan Poetin ooit zal worden. 

Afleiding voor hun 4e industriële revolutie die krakend tot stilstand kwam, nadat hun verderfelijke plannen in een te fel en spottend licht werden gezet. 

Ratten houden niet van licht. 

De nazi’s van nu, in mantelpakjes en blauwe jasjes, met hun kippenarmpjes en regenboogvlagjes, zoeken naarstig naar afleiding voor de broeiende volkswoede, nu steeds meer westerse mensen doorkrijgen hoe bedrogen ze zijn en hoe zwak, klein en verwerpelijk de steenrijke kaste is, die ze nu al tientallen jaren met list en bedrog onder de knoet houdt en definitief tot slaaf wil maken.

Vooralsnog weigeren de beoogde Slavische kemphanen, ondanks alle westerse provocaties, elkaar de ogen uit te pikken en naar de strot te vliegen.

En hopelijk zullen Zelensky en Poetin nader tot elkaar komen en samen door de regen van Tonkin en Gleitwitz incidenten heenkijken, waarvan de eerste pontificaal door de Amerikanen staat gepland voor aanstaande woensdag.

Mocht het echter komen tot een oorlog en Oekraïne verandert opnieuw in een roodgloeiend slagveld en de EU in een geasfalteerde radioactieve vlakte, onthou dan één ding. 

We are the baddies. Not Poetin.

Господи, спасите нас.

Vind je mijn werk dus goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Waarom dit niet het moment is om in slaap te sukkelen, maar de tijd om op te staan!

Dag en nacht wacht ik op jullie, strijders!

Sinds een paar weken leven veel mensen tussen sprankjes hoop en opgepookte vrees. Onze wereld, het schouwtoneel van doldwaze twisten in het narratief. Potsierlijke slagen in het wiel, waar wij onze machthebbers en hun medialakeien, hobbelend en slingerend, traag op voort zien fietsen.  Het narratief is niet verbogen, maar vertoont regelrecht scheuren in het metaal. 

Waarom ineens dat protest van een heuse V.N. gezant tegen het optreden van de Nederlandse M.E? 

Wat vreemd dat onze gelijkgeschakelde pers ineens artikelen mocht publiceren die tegen het overheids narratief ingingen. Is Omicron dan toch gewoon de griep, pontificaal afgedrukt in de Telegraaf? Zijn sterfte en besmettingscijfers kunstmatig opgepompt? De ongevaccineerden onschuldig? Kondigt de WHO echt het einde van de pandemie af? Zomaar op een verloren zondagavond?

Krijgen de strijders van de verfoeide redelijkheid, schamper ‘wappies’ genoemd door onze ministers van “volksgezondheid”, dan toch hun gelijk? Is de vrijheid aan de winnende hand? Waarom? Ze hadden ons toch precies, waar ze ons wilden hebben. Hun fluwelen vuisten stonden strak geschroefd om onze ballen. 

Waarom zat Károly Illy ineens te schutteren op TV, waar hij eerder het afgelopen jaar bijna giechelend de loftrompet stak over de gentherapie en het prikken van kleine kinderen? Waarom die rare truth glitches van Gommers in de Zoomstream van de Balie? 

Wat betekent het dat Führer look-a-like Karl Lauterbach, die eerder glashard beweerde dat “veel ongevaccineerden deze winter moesten sterven” plots zijn Fehler toegaf. “Die Unvakzinierten sind unschuldig!”

Waarom zijn alle stoere hoofdrolspelers, die tot voor kort vol bravoure het corona gospel stonden te preken, tijdens het coronadebat in de Tweede Kamer ineens vervangen door stuntelende backbenchers, secretaresses, omaatjes… kanonnenvoer? 

Waarom dan toch die onbeholpen, doorzichtige poging om atleten die grijpend naar hun hart op het veld neerzijgen, als omicron slachtoffers te framen? Gaat dit nog om de angstpromotie van een virus of is het slechts het hopeloos afschuiven van schuld? 

Are they losing their grip? 

Of wordt die ijzeren greep juist sterker onder de lange mantel der verwarring?  

Waarom gaan alle covid maatregels eraf aan de overkant van het Kanaal, terwijl ze in Oostenrijk, Frankrijk en Italië snel ondraaglijk worden.

Er zijn duizend vragen. En alles lijkt tegenstrijdig. 

Ik zie een misplaatst gevoel van optimisme om me heen, maar ook veel inktzwart pessimisme. De winkelstraten blijven vollopen met gemaskerderde moeders en gemaskerde kinderen. Hele scholen blijven thuis om een snotneus van één klasgenootje.

De vrijheid vieren voelt als Dolle Dinsdag. De wereld als één stinkende fog of war. Eén gigantische shitshow.

Is de Great Reset voorbij? Gaan ze er met de staart tussen de benen ervandoor. Of wordt het van hier af aan alleen maar erger? 

En waarom wordt er ineens aangestuurd op een oorlog met Rusland? Is dat een gepland onderdeel van het Kabuki theater? Of een paniekerige poging om de aandacht af te leiden van hun inmiddels dichtgeklapte “Window of Opportunity” die alleen nog door een hete Wereldoorlog, weer rinkelend open kan worden gegooid? Een biowapen werkt immers net zo goed of beter dan een mRNA vaccin. En je kunt de Russen er nog de schuld van geven ook. 

Misschien geeft het wat houvast om analogieën te zoeken in het nabije verleden. In een oude strijd die gevoerd werd op dezelfde velden, door dezelfde hoofdrolspelers. Al was het met andere middelen en droegen ze andere uniformen.

De verwarring was compleet in de korenvelden rond Koersk. Die zomer van 1943 tijdens Operatie Citadel, nadat de allesverlammende dooitijd, de raspoetitsja, voorbij was en de Oekraïense modder genoeg was opgedroogd om de rupsbanden van Beer en Adelaar genoeg grip te geven en elkaar in dodelijke razernij naar de keel te kunnen vliegen. Net als nu.

Het werd een clash of titans, die in eerste instantie werd gewonnen door de sterk vermagerde Duitse divisies onder van de briljante von Manstein, Model en de eigenwijze Hoth. 

De tankslag bij Prochorovka werd een waar T34 massagraf, hoewel die schande later in de studios van Lenfllm en Moskfilm, onder Chroetsjov tot een glorieuze zege van het Rode leger zou worden omgetoverd.

Toch kwam de overwinning voor Zjoekov er uiteindelijk, maar alleen omdat de Duitsers zich kapot hadden gevochten op de enorme overmacht, de eindeloze tankgrachten en mijnenvelden hun slagkracht dodelijk had verzwakt. Hun initiële terreinwinst bleek een Pyrrhus overwinning. 

Daarbij kwam dat de Geallieerden op hetzelfde moment met Operation Husky, Sicilië waren binnengevallen en Hitler de laatste lucht uit de longen van de kapot gevochten Duitse Panzergrenadiers had geslagen, door veel geharde troepen en versterkingen naar het zuidfront te verplaatsen. 

Maar wat de reden van de aarzeling ook was, Zjoekov zag de zwakte, de aarzelingen en hij rook Duits bloed en zette direct de tegenaanval in. Zijn eigen Blitzkrieg. Erop en erover.

Op drieëntwintig augustus werd Charkov bevrijd. Daarna werd het, met een enkele hick up, een lange stormachtige enkele reis Berlijn. 

Без паузы. Без каникулы.

Zjoekov nam geen genoegen met versoepelingen, schijnbewegingen en smoesjes.  

Hij stak pas tevreden een sigaar op, toen Hitler “kaput” was en de Hamer en Sikkel, trots op de ruïne van de Reichstag wapperde.  

Wij bevinden ons nu in een heel andere strijd dan Zjoekov en zijn generaals. 

Onze oorlog is er één van list en bedrog, van deceptie, massahypnose en indoctrinatie. In een steriel strijdperk waar de uniformen bestaan uit potsierlijke blauwe mondmaskertjes, dure pakken, witte jassen en gele paraplu’s. 

Een stille oorlog, zonder explosies, waarin de kijkcijferkanonnen dreunen en de mRNA vaccinatie het gif van keuze is.

Maar toch. Het offensief tegen ons duurt inmiddels twee jaar. Precies net zo lang als de tijd die het de Wehrmacht kostte om tot Koersk te komen. 

En ook wij bevinden ons nu op een kantelpunt in de strijd.

Onze vijand aarzelt.

Waar we de schoften tot een paar weken geleden onstuitbaar en eensgezind op zagen stormen, hun kanonnen geladen en vast op ons gericht, zien we als bij toverslag alleen nog de stinkende walm uit hun uitlaten. 

De reden is een raadsel. Ze waren immers aan de winnende hand.

Is het omdat ze een ander front willen openen? De economie willen laten imploderen? Of zijn ze oprecht bang voor de opengaande ogen en de wereldwijde volkswoede die aanzwelt?

Misschien is het omdat ze denken dat ze ver genoeg zijn doorgestoten, om hun echte doelen van totale controle en social credit systemen, verder uit te rollen zonder gentherapie en vermoeiende angstoffensieven?

Het maakt niks uit.

Wat de reden van hun aarzeling ook is. Hun stilstand moet nu onze vooruitgang zijn. net als toen in Koersk.

Want of ze nou de passie preken of niet, hun lijnen en kabels liggen er! Onze wetgeving is misvormd naar hun dictatoriale wensen. Zovelen van ons zijn gewend aan hun lockdowns, waanzinnig beleid en repressieve onlogische maatregels.

En 75% van de westerse wereld is inmiddels geprikt met een experimentele gentherapie.

Ze kunnen voor ieder pervers doel, op ieder moment, opnieuw de aanval inzetten. Of het nu voor klimaat, milieu, aliens, solarflares, het instorten van de economie, nieuwe plandemieën of een bioweapon is.

Daarom is het zo belangrijk om juist nu, in dit moment van hun aarzeling, door te knokken met alle vreedzame en wettige middelen die we hebben.

Hun verkrachte wetgeving moet weg. De verbindingen met het WEF moeten verbroken worden. Degenen die schuldig zijn aan de ellende, de zelfmoorden, de faillissementen en de vaccindoden moeten worden aangeklaagd. De protesten moeten groeien in plaats van afnemen. En we moeten als een waanzinnige door blijven bouwen aan eigen alternatieven op ieder vlak. Van scholen tot kerken, Van kroegen tot ziekenhuizen.

Fuck hun witte vlaggetje.

We mogen ons nu niet in slaap laten sussen door smeuige pornoverhaaltjes van de Gooise matras en andere kul.

We zijn nog steeds hun speelbal, hoewel die bal nu even de goede kant op lijkt te rollen.

En dat moet afgelopen zijn.

De wapenspreuk van Zjoekov luidde niet voor niets:

The longer the battle lasts the more force we’ll have to use!

En hij had nog één gevleugelde uitspraak die wellicht nog iets beter beschrijft, wat ik vind dat ons te doen staat.

„Я вас ебал, ебу и буду ебать!“

Zoek het zelf maar even op. 

P.s. Dit was een enorme stuitbevalling.

Vind je mijn werk dus goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Als we weer willen leven, moeten we onze navelstreng door durven knippen.

Deze krankzinnige afgelopen jaren doen me denken aan een ellenlange bungee jump. 

Het is alsof we met onze voeten in een strop, pardoes de diepte werden ingeworpen, aan een navelstreng van elastiek.

Van het onschuldige levenslicht, met duizelingwekkende vaart richting een inktzwart aangekondigd onheil.

Van de brug geduwd door een man die we achteraf geen seconde onze rug hadden mogen toekeren.

Een klerk met een apenlachje. 

“Gebeurt dit allemaal echt?”

Van het ene moment op het andere, tolden we in doodsangst loodrecht richting de kale rotsen, met daartussen, ver in de diepte, wat schaapjes en kalfjes als stipjes in de wei naast een kolkend beekje.

We gingen allemaal dood. 

Maar net toen we zeker wisten dat onze kruin zou splijten op een steen en alles voorgoed verloren zou zijn, trok het bungee koord ons terug.

We schoten recht omhoog, openden onze ogen en knipperden tegen het licht.

We waren niet gestorven aan een virus.

Alleen doodsbang gemaakt.

En in een flits zagen we de vale schimmen op de brug. 

Voor het eerst recht in het gezicht.

Een glimp van hun ijskoude ogen.

Zwarte gaten zonder mededogen. 

En zo vielen we weer terug de diepte in. 

Keer op keer.

Stuiterend tussen hoop en vrees op de energie van het ongeloof.

Verward slingerend tussen de chaos van deltavariant en staatsdwang, 

avondklokken, vaccins en politieknuppels.

Op en neer tussen draconische lockdowns en de verraderlijke schijn van vrijheid.

Iedereen die we ooit vertrouwden was ineens acteur. 

En de wereld die wij dachten te begrijpen, werd een decor van alle griezelfilms tegelijk. 

Maar na iedere val veerden we terug en zagen we duidelijker hoe we werden bedrogen. Door wie.

En waarom.

Dat was achteraf ook niet zo moeilijk. Ze schreeuwden het spottend, recht in ons gezicht. 

We konden hen alleen maar niet geloven.

Dat de betere wereld die zij terug wilden bouwen, een wereld was zonder de ademstoot van onze kinderen. Dat ze zero footprint wilden op hun maagdelijke stranden.

Zero carbon, behalve mat glanzend op het stuur van hun Ferrari’s. 

Hun leugens werken niet meer. 

Hun smoesjes vallen dood op onze trommelvliezen.

De spanning is weg, de angst waar zij op groeiden is verdwenen.

Het elastiek van leugens en deceptie is zijn kracht verloren.

Maar nu bungelen wij daar nog in limbo. Zachtjes in de wind.

Gedwongen luisterend naar het gekrijs van boven.

Op onze kop, kronkelend als wormen aan een haakje.

Een paar meter boven het kabbelende water in de vallei.

De hemel boven, de hel beneden.

Of is het andersom?

Voor het eerst in lange tijd horen wij de vogels zingen.

Zien de schoonheid van de beesten, grazend onder ons.

Voor het eerst voelen we de warmte van de zon die dampend weerkaatst op het natte gras.

Ineens doen onze zintuigen weer, waarvoor God ze ons heeft gegeven. 

Verdoofd en verblind als ze waren, door het gif en de leugens van alledag.

Daarom immers springen mensen aan een elastiek van een brug of een hijskraan, 

om opnieuw hun levenskracht te voelen.

Als wij willen leven als nooit te voren, rest ons maar een ding.

Tijd om ons te bevrijden uit het navelstreng van leugens en misleiding.

We maken een sierlijke salto en laten ons vallen.

Het beekje onder ons is vast en zeker diep genoeg.

Op hoop van zegen. 

For God hath not given us the spirit of fear; but of power, and of love, and of a sound mind.

II Timothy 1 –

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Dit wordt onze eerste kerstmis. De geboorte van het licht.

Keurig vierde ik mijn hele leven kerstmis, maar wát vierde ik toch al die tijd precies? 

Was het de partymix van Germaanse vruchtbaarheidsrituelen en een door de kerstster verholen verering van Sirius en de drie koningen van Orion?

Smaakte het kerstdiner goed? Dat geprop, in een tijd en werelddeel, zonder honger of gebrek, terwijl twee uur vliegen verder, kinderen in hun kribbetje werden gebombardeerd door drones en zuigelingen die geen stalletje konden vinden wegteerden, zonder rijst en schoon water?

Dat tergend lange weekend van files en verveling, opgefluft door mierzoete kerstfilms, bedolven onder een vette laag Postcodekanker, met Humberto Tan, Wendy van Dijk en andere uitgedoofde sterren uit een goddeloos stalletje, poserend voor een ronkende vrachtwagen, hun broze neuzen ondergedompeld in een dun laagje poedersneeuw?

Was het symbool van het feest niet handig doorgeschoven naar een door reclamebureaus bedachte, obese kinderlokker, schuddebuikend om de jaarwinst van fosforzuur producent Coca Cola Company?

Smaakte het bittere vlees van al die diertjes, die zich een paar jaartjes wild mochten wanen?

Net zo vrij als wij? 

Voelde het goed, het verorberen van al die schapenboutjes, om het lam Gods te vieren? 

Het geheel overgoten met een mierzoete coulis van Mariah Kerrysaus van de Jumbo.

Hoe kun je het licht zien, als je volgestouwd bent als een slachtgans?

Was het verheffend, die spreekwoordelijke familieruzies, na dat jaarlijkse jaar van opgekropte frustratie en ergernissen?

Vrede op aarde? Die goedkope Champagneflessen die we traditioneel het liefst op elkaars koppen kapot zou slaan? In de mensen een welbehagen?

Festen onder de Mistletoe. Jaar in Jaar uit?

Wat was kerst meer dan mis; een van God en allerheiligen verlaten feest?

Dit jaar heb ik een ander gevoel bij Kerstmis. En ik hoop, jullie ook.

Want voor het eerst zie ik die essentie waar ik mijn leven lang naar heb gezocht.

Dit jaar vier ik de geboorte van de verschoppeling, de verzetsstrijder, de onverzettelijke martelaar, die een koning werd. 

Het kind in kou en soberheid ter wereld gekomen, vanaf de eerste schreeuw, naar het leven gestaan door een demonische overheid. Zoals onze kinderen nu. 

De komende dagen eer ik Jezus Christus, in een feest van de geest en licht. Van sobere schoonheid en warmte. 

En het besef van onmetelijke rijkdom als vader van prachtige kinderen en zoon in een familie van goede mensen.

Dit jaar schuilen we bij elkaar. En smeden we een nieuw verbond onder God, tussen oude en nieuwe vrienden.

En vergeven we degenen die niet zien wat zonneklaar is,

omdat angst en ongeloof, nog als dikke gordijnen voor hun ogen hangen.

Zij die niet vonden wat ze zochten of nooit begonnen zijn met zoeken.

Dit jaar zijn we dankbaar voor de kleine wonderen. 

De kool in het veld. 

Het hout in het bos. 

Het huppelen van een kind. 

De warmte van het vuur. 

We zoeken onze wortels en ontdekken weer hoe we zelf worteltjes kunnen planten, zoals onze voorouders dat deden.

We koesteren deze dagen waarin de geboorte van het goede, een pas de deux danst met het licht, dat onvermijdelijk de demonen zal verdrijven, 

Hoe ze ook blazen en sissen.  En hoe ze ons dit feest met list en bedrog, met angst en alle geweld willen afnemen, omdat zij wél al die tijd beseften hoe groot de betekenis is.

En hoe gevaarlijk het voor ze kan zijn als wij het zien. 

Hun misbaar maakt op mij geen indruk meer.

Hun tijd raakt op.

Wij hebben ons hele leven nog in eeuwigheid. 

Dit jaar vieren we het licht dat de duisternis zal verdrijven. 

Een groter geschenk kon ik niet krijgen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Waarom we na twee jaar van geschonden vertrouwen, dringend ons eigen Blijf van ons Lijf Huis moeten bouwen.

Oedipus en de Sfinx.

Het blauwe lijnenspel van Picasso. De notenschema’s van Thunderstruck of Pachelbel’s Canon in D minor. Het kokerrokje van Chanel. De verhaallijn van Hans en Grietje.

Het geniale is vaak kinderlijk eenvoudig. Te eenvoudig om te zien.

Dat geldt ook voor de antwoorden op schijnbaar ingewikkelde vraagstukken. 

Neem de Double Helixstructuur van ons DNA of de oplossing voor het raadsel van de Sfinx. 

Welk schepsel loopt ‘s ochtends op vier benen, ‘s middags op twee benen en ‘s avonds op drie benen?

Oedipus wist het antwoord.

Eenvoud is een bedrieglijk begrip. Omdat die bron van smaak, elegantie en efficiency, voor  ons zo moeilijk te bedenken is; te ongecompliceerd voor de ingewikkeld denkende mens, die in het zweet zijns aanschijns met zoveel rekening moet houden. Zeker in tijden van pest. 

Een mens op zoek naar het eenvoudige, moet eerst het hoofd leeg kunnen vegen, schoon van de stront van alle dag. Vrij mogen denken. Tegen de stroming in durven zwemmen. Omdat het water het helderst is bij de bron.

Niet eenvoudig in deze tijd waarin je wordt geprogrammeerd en afgeleid van het pure, vanaf de eerste adem. 

Niet voor niets hebben we het altijd over wonderkinderen en nooit over wondervolwassenen. Kinderen zijn onbedorven, nog niet belast met mondaine zaken.

Wolfgang Amadeus had niet het vermoeden dat hij met een geniaal meesterwerk bezig was, maar speelde eenvoudig de deuntjes die natuurlijk in hem opkwamen. Schaakkampioen Magnus Carlsen ziet zichzelf als verre van bijzonder. En ook Max Verstappen is zo gewoon gebleven. 

Ik ben alles behalve een wonderkind, laat staan een wondervolwassene, maar wel geoefend in onafhankelijk denken, omdat dit nu eenmaal dé voorwaarde is om in de reclame, als dichter en columnist mn brood te mogen verdienen en de hofnar uit te hangen.

En heel soms krijg ik dus ook zo’n “eenvoudige oplossing” ingegeven, die nooit in je opkomt als je je best doet, maar wordt ingefluisterd onder de douche of zich openbaart tijdens een gedachteloze wandeling op de hei, als door een hoger wezen.

Ineens draait dan een kluisdeur moeiteloos open, waarachter de eenvoud je aanstraalt als een warme kaarsrechte oogverblindende en vanzelfsprekende bundel licht.

In dit geval scheen het licht op de shitstorm waarin we sinds twee jaar met zijn allen staan te spetteren. 

Ik besefte ineens dat de oplossing een kwestie is van energie. 

Onze energie, die we verkeerd gebruiken. 

Wij richten onze energie nu al twee jaar op een overheid, die onze energie tegen ons gebruikt, precies zoals in een “abusive relationship”. Ze putten ons uit met onze eigen hondse trouw, onze angst en ons verdriet.

We discussiëren met hun trollen, laten ons testen en muilkorven door hun vrinden, we smeken bij hun burgemeesters, hopen op hun versoepelingen. We kijken met afgrijzen naar hun persconferenties, we ergeren ons aan hun gekochte influencers, we putten hoop uit hun valse beloftes, worden boos op hun journalisten en gruwelen van hun smoesjes en propaganda. 

We gaan zelfs in discussie over baby’s en sporters die hartaanvallen zouden krijgen van klimaatverandering of de kou. Tegen het gruwelijke beter weten in. 

En in de tussentijd stroomt al onze energie hun kant op. Waar zij alleen maar op groeien.

We worden gemarineerd in onze eigen tranen. Geroosterd in onze eigen afkeer. We beuken ons moe tegen de kille rug van een ijzersterke sociopaat die niets goeds met ons voorheeft. 

We verspillen onze energie aan onze eigen onderdrukking, door onze rol als argeloze echtgenote met verve te blijven spelen in Gaslight of Angel Street, het toneelstuk van Patrick Hamilton. 

Zelfs als we demonstreren, doen we dat met ons gezicht naar torentjes en paleizen.  In de hoop dat ze ons horen en niet uitlachen. 

Terwijl we onze vrijheid moeten demonstreren, niet onze slaafse afhankelijkheid. 

We mogen niet blijven spartelen in het drijfzand waar we zijn ingeleid, maar rustig op onze buik draaien en naar de kant zwemmen.

Maar ondanks alles blijven we steeds als geslagen, hondstrouwe labradors kwispelend naar onze baasjes terugkeren, om met ze te soebatten, boos op ze te worden, ze om hun dovemansoren te slaan met feiten en cijfers, met onderzoeken en statistieken, om tegen ze op te smeken en teleurgesteld in ze in te raken, om hun leugens aan te horen, in de ijdele hoop dat ze weer betrouwbaar worden en weer van ons gaan houden.

We klampen ons aan ze vast als Herr Biedermann aan die Brandstifter. 

Worden we niet gemanipuleerd, geslagen, belogen, onderdrukt en misleid? Worden we niet geïsoleerd, genegeerd en toegeschreeuwd, vernederd, verdeeld  en vol minachting benaderd? En af en toe weer teruggelokt met een hand vol kraaltjes, en wat sprankjes hoop die als rotte wortels voor onze neuzen blijven bungelen? 

Hoelang blijven we kletsen tot we een ons wegen, riposteren en protesteren en ons wentelen in de blijkbaar nog steeds aanwezige liefde voor degenen die ons de ene dag geknakte rozen brengt en de volgende dag lachend onze ouders een bloedneus slaan en onze kinderen willen prikken. 

Kunnen we niet concluderen dat na twee jaar redeneren en discussieren, betrappen onthullen en beschuldigen, we ons steeds dieper in het moeras van een ongezonde relatie hebben gewerkt? 

Is het niet beter ons af te keren van de psycho’s en een Blijf van ons Lijf huis te bouwen voor elkaar? 

De energie van onze demonstraties, petities en bedes niet langer aan hen te richten, maar op ons. Niet langer voor hun paleizen te pleiten en te schreeuwen, maar onze energie te richten op elkaar. 

Zonder geweld en zonder narigheid, onze energie en onze liefde die we maar een keer kunnen besteden, aan elkaar te besteden in plaats van aan een partner die weinig goeds met ons voor heeft.

We verstoren nu hun troosteloze kerstmarkten, terwijl er zelf een kunnen organiseren. We kijken in de kou door de ramen van hun troosteloze QR restaurants, evenementen, winkels en pretparken, waar we niet naar binnen mogen, terwijl we zelf kunnen dansen en muziek kunnen maken op onze eigen feesten en onze eigen wortels in onze eigen tuinen kunnen verbouwen.

Als we ophouden met onze energie te verspillen aan negativiteit angst en verwarring, bouwen we in no time samen een gemeenschap waar iedereen weer welkom is. 

Aan deze Gordiaanse knoop kunnen we eeuwig blijven pulken. We kunnen hem ook gewoon doorhakken en onze energie steken in iets nieuws. 

Zou het zo eenvoudig kunnen zijn?  

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

De angst het waardeloze te verliezen, doet ons er voor terugdeinzen het kostbaarste te behouden. 

De angst het oude te verlaten, houdt ons gevangen. 

We ploeteren, ingespannen achter met rotzooi volgeladen karren, moeizaam voort, op een modderig, hol boerenpad, waarin een alles doordrenkende regen een onontkoombaar spoor van zuigende, diepe voren heeft gevormd. 

Nog zovelen van ons volgen het spoor van vermolmde systemen, blind vertrouwend op de wissels, die op afstand in zwarte torens achter melkglas, worden omgezet. 

Vastgekoekte schijnverbanden houden ons geketend in een onzichtbare kerker van Pyriet; ijzerkies, het goud der dwazen. 

We rennen paniekerig rondjes binnen een magische cirkel in het stof, waar vrijwel geen kip, met of zonder kop, nog overheen durft te stappen.

Te velen van ons kunnen blijkbaar niet over de grenzen van hun eigen aangeharkte perkje vol kunstzijden rozen en glitterspeeltjes heen kijken. Al loopt het langzaam onder water. Hun plastic heg vol knuffelbeestjes en piepende en verleidelijk toeterende schermpjes, leidt teveel af. 

De ruimen van onze privé Titanics zijn afgeladen met kant en klaar supermarktvoer, WC papier, Netflix en andere porno; de reddingsboten vol houtworm en vermolmde spanten in de rafelige touwen afhangend langs de verveloze relingen. 

En voor het poetsen van the dekstoelen en het verven van de stuurhut, hebben we Polen ingehuurd. Mensen die nog wel kunnen werken en vechten als het moet. Ze kijken spottend op ons neer.

Oppervlakkige relaties, onechte vriendschappen, verloederde banden en contracten die, zo blijkt nu, inscheuren bij de minste druk en dreiging, bepalen het drama dat we tot voor kort ons leven noemden.

Die vaste waarden bleken al net zo waardeloos als die mooie baan die toch los bleek te zitten, het waardeloze klatergoud dat we ons geld noemen, de heilige idolen die kindertjes bleken te betasten en die politieke kopstukken, waar we al die jaren op stemden, die ons nu in onze rug aanvallen en regelrecht de hel in dreigen te storten. 

Als moeders die een doodgeboren kindje omarmen, blijven zovelen van ons hun illusies koesteren.

We klampen aan ze vast, terwijl we ze al zo lang geleden kwijt zijn geraakt. 

Het waardeloze is ons houvast geworden, in een wereld zonder God.

Opgesloten in een jerkcircle van het eeuwige “ja maar”.

De angst het waardeloze te verliezen, doet ons er voor terugdeinzen het kostbaarste te behouden. 

Hoevelen van ons lieten zich niet de onzekerheid in prikken, om een lang weekend naar Oostenrijk te kunnen of te kunnen dansen, op de vulkaan, bij Jansen? Hoevelen van ons kijken de andere kant op, nu zoveel onschuldigen door hun gelijken worden besmeurd en beschuldigd. Nu zelfs kinderen, zieken en bejaarden, mikpunt zijn van een spot, haat en knuppelcampagne die doet denken aan de  mensenjacht, die twee jaar geleden nog “Nie Wieder” had mogen plaatsvinden. 

We zijn verdoemd als Wothan, verblind door een vals schitterende ring die nooit de onze was, maar in werkelijkheid van een dwerg, die hem nu terugeist. 

Goden zijn we, maar uitsluitend in het diepst van onze eigen laffe, bekrompen gedachten. 

En tegelijkertijd is het gekmakend hoe begrijpelijk dit allemaal is.

Wij westerlingen zijn de Hobbits van deze wereld geworden; in slaap gesuste, argeloze sukkelaars. Bijna een eeuw lang hebben we geen openlijk gevaar hoeven confronteren, geen flagrante onderdrukking gekend. En er is nog geen Frodo of Bilbo te zien.

We hebben ons de, met rivieren van bloed bevochten, vrijheid laten aanleunen, terwijl we de verdediging van onze grenzen hebben opgedoekt en comfortably numb ons pijpje zijn blijven roken en ons gazon zijn blijven aanharken, terwijl de wolken zich samenpakten en het oog van Mordor onze kant op draaide.

Onze weke buik naar boven. Kwetsbaar voor alles dat het kwaad is.

Generaties lang, hebben wij als westerlingen geen stresstest van betekenis ondergaan.

We hebben in geen eeuwen een riek hoeven opheffen, niet om hooi te scheppen, laat staan om ons te verdedigen tegen een duistere overmacht. 

We hebben geen God in wanhoop hoeven aanroepen. En zovelen kijken misprijzend neer op hen die dit nog doen. Zij vereren liever Lady Gaga, Mamon of Marco Borsato. 

De nu levende generaties hebben nooit hoeven duiken of vluchten, voor Arbeitseinsatz of Grüne Polizei, we hebben niet hoeven knokken voor een beter leven. Niet eerder in allesbepalende tweestrijd, zonder om- of uitwegen gestaan. 

Wij hebben niet sjokkend langs Vlaamse landwegen, met onze bezittingen op een boerenkar, voor de Wehrmacht hoeven vluchten. Nooit ons fight or flight instinct hoeven aanspreken.

Niemand van ons heeft zijn laatste geld neergeteld voor een 3e klas hut op een oceaanstomer naar een beloofd land. Of dat nou Israel, Nieuw Zeeland of de Verenigde Staten was.

We hebben geen moeite hoeven doen voor onze vrijheid. Die een valse luchtballon bleek te zijn of eerder nog een zeepbel. 

Hoe hadden we ook gekund, met onze ongetrainde reten, ons leven in het bedrieglijke comfort van vetgemeste slachtvarkens; doorgebracht, zwelgend in onze eigen plastic mest; als de dood voor de dood, maar wel gedwee, netjes op een rijtje de loopplank van de vrachtwagen opsjokkend.

Kun je een slachtkalf kwalijk nemen dat het niet voor zijn leven vecht?

Dat we het zijn verleerd om te zwemmen, betekent niet dat de zee niet komt.

Ja, er worden steeds meer mensen wakker. Maar wat heb je daaraan, als zovelen zich nog eens drie keer omdraaien, terwijl het monster al aan het voeteneinde staat.

Gelukkig komen steeds meer goede mensen tot het licht. Het licht dat alleen groeit in het diepste duister. En alleen zijn kracht vindt en bundelt op de bodem van de bodemloze put.

Zoek het licht en word het licht. Dan heeft het duister geen kans.

Omdat het duister alles weet, maar het licht nu eenmaal niet kan begrijpen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

De tijd van stilzitten is voorbij. We moeten praktisch worden.

Ondanks al ons gepruttel gedragen we ons nog steeds als verlamd, terwijl onze vertrouwde samenleving verder uitteert en onze beschaving wordt ondermijnd en gesmoord door een allesbeheersende, tot in de puntjes georganiseerde ijskoude macht van totale freaks en dickheads. 

We worden weliswaar langzaam en rillend wakker, maar handelen veel te weinig, in het zicht van de waanzinnige lawine, waarvan sommige striemende wolken ons al vol hebben geraakt, maar waarvan de grootste golf nog dreunend op ons afrolt.

Onze eigen toekomst is vrij eenvoudig te voorspellen, voor degenen die, voorbij de poppenkast in de Tweede Kamer, naar de situatie in ooit vrije landen als Canada, Australië, Letland en Oostenrijk durft te kijken. 

We zitten in een van de laatste wagons, maar van dezelfde trein. En die trein raast onverstoorbaar verder. 

Ook hier zijn over niet al te lange tijd, zorgpersoneel, politieagenten, soldaten, ambtenaren, piloten en werknemers van grotere bedrijven, leraren en onderwijzers niet langer welkom op hun werk, zonder een driedubbele frikandel speciaal. 

Ook hier zullen kleine kinderen niet meer naar school kunnen gaan, zonder QR code en een bont geprikte arm. 

En ook hier zijn straks ongevaccineerden en QR weigeraars aangewezen op het internet voor bestellen van eten, vermaak, informatie en het kopen van spullen en warme kleren. Terwijl nu al hardop wordt gepleit om ook dat laatste bastion van vrijheid te koppelen aan hun Ἀριθμὸς τοῦ θηρίου.

Multinationals, aangesloten bij het WEF, laten hun eerste laffe apartheidsballonnetjes op. De eerste winkels hebben het bordje “verboden voor ongevaccineerden” al geplaatst. De Lidl heeft al scan-paaltjes geplaatst. 

De eerste FvD politici zijn al geweigerd om campagne te voeren, omdat zij de niet meedoen aan de medische poppenkast, waar de verkiezingen juist bij uitstek over zouden moeten gaan. Democratie slegs vir geprikten. 

Dat dreumesen zich nu al in de novemberkou moeten afdrogen na hun zwemles, is een heel veeg teken. En wie de slechtheid nog steeds niet ziet, nu in Zwolle, Amsterdam en Rotterdam, de intocht van Sinterklaas met zwarte schermen, onzichtbaar werd gemaakt voor de ogen van ontroostbare huilende kleuters, heeft een hele dikke plaat voor zijn kop.

Ook hier zullen de duimschroeven steeds harder worden aangedraaid en de druk maximaal worden opgevoerd. Wijk na wijk. Deur na deur. Arm na arm. 

Onze hoofden kunnen de wereldwijde sloop van vrijheiden en rechten nog steeds niet omvatten. We stellen nog steeds vragen, waar antwoorden nodig zijn. We blijven protesteren, staken, redeneren en onze verbijstering uitschreeuwen. 

En dat is goed! 

Maar nu is ook de tijd om ons voor te bereiden op wat komen gaat. Ook onze “window of opportunity is rapidly closing” 

We moeten nu praktisch worden. 

Wij zijn teveel “sitting ducks” voor de “sitting dicks” die dit allemaal veroorzaken. 

We moeten nu blikken van verstandhouding wisselen met de mensen die in hetzelfde schuitje zitten. Nu de leidingen en fundamenten leggen voor gloednieuwe huizen en bedrijven. Zodat we, zodra we uit ons vertrouwde baan of sportclub geschopt worden, direct kunnen beginnen met bouwen en in kunnen pluggen in iets compleet nieuws.

En natuurlijk kunnen we dat!

Want de verschoppelingen van binnenkort, zijn de beste, initiatiefrijkste, slimste mensen van nu. Moedige mensen die niet, tegen beter weten in, buigen voor de QR terreur. 

Mensen met een geweten, die bewuste keuzes durven maken, die niet trappen in leugens. Die niet ziende blind blijven, uit gemakzucht en angst. Mensen die de narrow gate zoeken.

Voor hen is één verzamelnaam, een naam waar Nederland ooit groot mee is geworden.

Ondernemers.

De beste piloten en agenten, de beste verpleegsters en brandweermensen. 

Leraren en onderwijzers met een geweten.

De ongehypnotiseerden die het gevaar van de prik en de WEF maatschappij scherp doorzien en daar de consequenties uit durven trekken. 

De zelfstandig denkende mensen komen straks op straat te staan. Een gouden kans.

Zij worden straks gedwongen, om te doen wat ze al heel goed kunnen. Voor zichzelf nadenken, in plaatst van voor de baas of het rijk. En laat dat nou net de mensen zijn waar straks grote behoefte aan is. 

Want ook ongevaccineerden en QR weigeraars hebben straks zorg nodig en monteurs. Maar ook scholen voor de kinderen. Warme kleedkamers. Veiligheid en voedsel. Brandstof en bier, communicatie- en betaalmiddelen en een eigen Sinterklaas.

De hele alternatieve pyramide van Maslow moet in recordtempo worden opgetuigd.

Daarom moeten de professionals die nu angstig wachten op wat komen gaat, elkaar nu al opzoeken en plannen maken. Stoppen met treuren of bang zijn. En samen nu de schouders zetten onder iets nieuws. 

Gideon had 300 strijders nodig om de vijand van Israël met vreedzame middelen te verslaan. Wij 300 ondernemers.

Gisteren zag ik een baas een eerste tweetje posten. “Ben je #belastingadviseur #accountant of assistent van deze beroepsgroepen? Wij hebben genoeg mensen nodig. 

Eist jouw werkgever van jou een QR of vaccinatie? Welkom bij ons. Zie LinkedIn voor contactgegevens. Hou je sterk!” 

Ik kon een glimlach niet onderdrukken. Deze man heeft het begrepen. Het goud staat op straat. 

Update! 

Liever droog dan slaaf.*

Deze column was nog niet droog, of die dekselse Friezen lieten precies zien wat er moet gebeuren.

Als de overheid en het lokale zwembad hun kletsnatte kinderen in de kou laten staan, zorgen zij zelf wel voor een warme kleedkamer. 

Niet alleen boos terug praten en “schande” roepen. Niet alleen filmpjes maken en de likes tellen, maar een echte kleedkamer, met een echte hijskraan, pontificaal recht voor de deur van het lokale zwembad neerplonzen. Dat is hoe het moet!

Zo droog je de overheid af. Zo zet je Hugo in zijn hemd. Vreedzaam, creatief, brutaal en ondernemend. 

Met een flinke dot elbowgrease. 

Ook het Vind Lokaal initiatief op Telegram is bemoedigend.

Mensen beginnen gelukkig uit hun slaapje te ontwaken. 

Net voor de donkere winter begint. 

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

*bedacht door @RolandJanssen70

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Wat doen we nu wegkijken geen optie meer is?

Toen de fonkelnieuwe Wehrmacht, dwars tegen het verdrag van Locarno, na de annexatie van het Saarland, het Rijnland binnenstampte, zullen veel van onze opa’s en oma’s een misselijkmakend voorgevoel hebben gehad.

Dat de tumor van het Nationaal Socialisme zich zomaar kon uitzaaien over heel Europa, moet in het hoofd van veel vooruitschakers, een onvermijdelijke horrorgedachte zijn geweest, steeds bevestigd door de razende toespraken van de schuimbekkende Führer, die geen doekjes wond om zijn bedoelingen.

Het beest was verre van dood. En de kooi van Versailles stond wagenwijd open.

Toch liet het overgrote deel van onze opa’s, oma’s en hun leiders zich gewillig zand in de ogen strooien, met mooie beloftes en prachtige Olympische stadions, door de wonderlijke welvaart, de levensenergie en het zelfvertrouwen van het Duitsland van de jaren 30. 

Dat achter de facade van het opstormende Reich, concentratiekampen als Dachau werden gebouwd, vele duizenden useless eaters uit “mededogen” werden vermoord in het T4 programma, dat de Duitse Joden aan niets meer mee mochten doen dat het leven leefbaar maakte, dat ze in spotprenten en schotschriften werden weggezet als uitvreters en ziekteverwekkers, dat ze niet meer naar school mochten of zaken mochten doen en dat ze na de Kristallnacht de straten met tandenborstels moesten poetsen, daarvoor werd ook hier zó naarstig weggekeken, dat menigeen er behalve een stramme arm, een stijve nek aan overhield. 

Ondergedompeld in de beslommeringen van alledag, had men, zo vlak na de depressie, wel iets beters te doen dan op de Oosterburen te letten.

Strijders als Sophie Scholl en Dietrich Bonhoeffer waren in Duitsland dun gezaaid, Laat staan dat hier in het slaperige Nederland een tegenstem van betekenis hoorbaar was. 

De Anschluss met Oostenrijk verliep vreedzaam onder een boog van lentebloemen en juichende jonge blonde meisjes. En toen Chamberlain de Tsjechen uitverkocht, het Sudetenland werd “bevrijd” en de veldgrijze troepen met een grote grijns door de donkere wouden van Bohemen en Moravië ronkten, haalde de wereld opgelucht adem.

Het gevleugelde monster kon ongehinderd verder pikken in het rauwe vlees van Europa, terwijl degenen die haar tegen hadden kunnen houden, omstandig de metaalglans van haar verenkleed bewonderde.

“Peace in our time”, de opbrengst van het Britse verraad, zou maar een klein jaartje duren. En ook Molotov kon het beest maar kort afstoppen door half Polen op het offerblok te leggen. 

De wereldgemeenschap liet Hitler, ondanks alle voorgevoel, besmuikt begaan. Tijdens het huwelijk van Juliana en Bernhard werd in het Concertgebouw het Horst Wessel lied gespeeld. Hitler werd in 1938 nog tot Man of the Year gekozen door Time magazine en Predikant A. M. B. uit Brabant moest zich in 1939 voor de Haagse politierechter nog verantwoorden, omdat hij Hitler “een boef” had genoemd.

De artsen die het kwaadaardige gezwel hadden kunnen stoppen, bleven kleurige kinderpleisters plakken en lieve woordjes en bezweringsformules prevelen, waar alleen een chirurgisch mes nog uitzaaiingen had kunnen voorkomen.

Hitler zei er later het volgende over: “Wären die Franzosen damals ins Rheinland eingerückt, hätten die Deutschen sich mit Schimpf und Schande wieder zurückziehen müssen, denn die militärischen Kräfte, über die sie verfügten, hätten keineswegs auch nur zu einem mäßigen Widerstand ausgereicht” 

Vrij vertaald: “Het was bluf. Maar ze lieten me begaan.”

Ook al hadden velen een onbestemd voorgevoel dat de valse opmaat van de jaren 30 zomaar kon eindigen in symfonie van bloed en as, zij konden niet in de toekomst kijken. En daar mochten én zouden zij zich uitentreuren op beroepen.

Onze opa’s en oma’s konden met recht volhouden dat ze de golf van dood en verderf niet zagen aankomen, en van niets wisten toen het gebeurde. Dat ze niet konden voorstellen dat het zo erg kon worden en was. 

Hun leiders tastten in een comfortabel, vaak bewust gekozen duister als het ging om de desastreuze gevolgen van hun laconieke zwijgen en hun laffe politiek van pappen en nathouden.

En de Joden? Over hun lot kon men zich blijkbaar vrij gemakkelijk heen zetten. Zoals de meesten van ons de schouders ophaalden over de ontelbare onschuldige doden in Irak, Syrië en Afghanistan.

Onze opa’s en oma’s hadden een groot voorrecht waar wij ons niet op kunnen beroepen. 

Het prerogatief van de onnozelen.

Wij hebben die luxe niet. “Wir haben es nicht gewußt” gaat voor ons niet langer op. 

Wij zijn ervoor gewaarschuwd wat er gebeurt als je je ogen sluit, in plaats van de duivel recht in zijn gezicht te kijken. 

Wij hebben niet de luxe om te doen of onze neus bloedt, terwijl opnieuw een monster haar vleugels uitslaat en dit keer een schaduw werpt over de hele wereld. 

Wij zijn geworpen in een wereldwijde strijd, die echter met andere middelen wordt gevochten, dan met pantserstaal en gloeiend lood. 

Een strijd waarin ieder gewelddadig verzet averechts werkt en alleen de tirannen aan meer munitie helpt. Een oorlog waarin zelfs de kleinste vorm van agressie tot een Rijksdagbrand zal worden opgeblazen. 

Informatie, dat is het wapen van keuze. En ons geweten is het slagveld. 

Ons Goddelijke licht is hun oorlogsbuit. 

Oprukken door modder en land afpalen met prikkeldraad is niet het doel van deze strijd, maar twijfel, angst en angst zaaien in onze breinen. Het afstompen, tot willoze slaaf maken met wet en woord, het streven. Het doven van het vuur. 

Trollen, injecties, apps, en QR controleurs verdelen het krankzinnige slagveld van hoop en vrees. 

Hun pandemie is het strijdgas dat nog steeds door zoveel huizen kringelt, mensen verlamt, verdeelt en hypnotiseert en mensen ziende blind maakt. Het gifgas dat zovelen verlamt, die de angst allang voorbij zijn, maar zo moedeloos of medeschuldig heeft gemaakt, dat ze geen andere mogelijkheid zien dan mee te marcheren op de doodlopende weg naar een zekere horigheid.

Wij maken een nieuw soort oorlog mee, waarin verzet wordt verzwakt van binnenuit, door mensen en gemeenschappen tegen elkaar op te zetten; een satanisch schimmenspel waarin de kracht van de menselijke geest wordt gebroken tegen de rotsen van elkaars ongeloof. 

En toch ligt precies daar, in de kracht van onze menselijke geest, de kracht waarmee we dit monster gaan overwinnen. 

Zovelen van ons hebben nog het licht, dat zij niet kunnen doven, hoe hard ze ook blazen. Dat vuur moet oplaaien, vonken en naar elkaar overslaan. 

Stop met opkijken naar vijandige instanties, bedelen om fooien bij het rijk of wachten op menselijkheid bij duivels die kleine zeiknatte kinderen in hun zwembroekje de Novemberochtend in jagen omdat hun ouders geen QR code hebben. 

Stop met wachten tot social media figuren of politici jouw problemen gaan oplossen. Ga op zoek naar elkaar. Leg lijnen, vorm groepen, vind kracht bij echte mensen. 

Wij moeten dit zelf doen.

Ga samen wandelen of sporten. Geef elkaar werk. Vorm nieuwe bedrijven, nog voor de ontslagbrief op de mat valt. Zoek nieuwe manieren om aan voedsel en warmte te komen. Koop bij goede winkels en boerderijen en help elkaar de vloek van uitsluiting te verzachten. 

Breek de grenzen van jong en oud, van rijk en arm, van Moslims en Christenen. In deze strijd staan vrije mensen schouder aan schouder onder één hemel.

Begin vandaag. 

Zij rekenen op onze verdeeldheid. 

Wij rekenen op elkaar.  

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Liever met jullie in de hel, dan met Hugo in de hemel.

Proverbs 13:9

Om mij heen zie ik veel aangeslagen mensen. 

En ook ik, ouwe kickbokser, voel na iedere hatelijke pestconferentie, een doffe pijn. De klap van de high kick die je wel aan ziet komen, maar toch dwars door je handschoen, door je kop dreunt. 

Toch is het vrij eenvoudig om ook na de zoveelste diep hallucinante gebeurtenis van de afgelopen tijd, lichtjes te zien in het pikkedonker. Als zeevonk in de nachtelijke golven, vuurvliegjes in een duister woud. 

Ik zie het zo. 

De wereld was tot onlangs een speelplein vol kinderen.

De meesten van hen, leuke, stoere, sociaal, dartele spring in ’t veldjes. Die kris kras door elkaar renden, met elkaar knikkers ruilden, tikkertje speelden en waarvan de stoersten doktertje speelden in de bosjes. 

Maar er stonden ook, verscholen aan de randjes, eenzame creeps, die iedereen meed als de pest, omdat ze spinnen hun pootjes uittrokken en uitgeputte hommels vertrapten. Hatelijke egoïstische vrekjes, die diep in hun capuchon, droomden van macht over het hele plein, bij het uitblijven van vriendjes en meisjes om te zoenen. 

Een groepje misfits dat de koppen bij elkaar stak en een doortrapt plan bedacht. Een plan vol misleiding, dreiging en doodsangst, dat ze tot in de puntjes uitwerkten.

Een briljant plan, dat warempel slaagde. 

Maar waarin?

Want de rotzakjes hebben dan wel de macht over het speelplein, maar ze hebben alle leuke kinderen naar het fietsenhok gejaagd, waar inmiddels alweer volop wordt geleefd en lol gemaakt.

Daar in het halfdonker vinden de vriendengroepjes elkaar, worden nieuwe spelletjes bedacht, leiders gekozen en feestjes gegeven. 

Daar ontstaan nieuwe schoolkrantjes, toneelstukjes en worden knikkers geruild voor voetbalplaatjes.  

Daar in het duister gaan lichtjes aan, die je in het daglicht niet zo duidelijk zag. 

En de nieuwe heersers? Zij staan de baas te spelen op een uitgestorven vlakte, zonder lach, zonder warmte en zonder mooie meisjes.

Zij zijn de heersers van een ijskoude plek, waar alleen de zwakkelingen die ze aankunnen, de normies die nog braaf luisteren naar hun bevelen, gebogen en gemaskerd, mogen rond schuifelen, schichtig en doodsbang voor het onvermijdelijke volgende pak rammel van de machtsdronken schoolbully.

Ze zijn nu de God van het lege klimrek en de wip die niet meer wapt. De chef over een onbeweeglijke schommel en opzichter over een voetbal waar niemand tegenaan trapt.

Ik weet niet hoe het jullie vergaat, maar ik sta duizend keer liever in de fietsenkelder met Eva Vlaardingerbroek, Annelies Strikkers, Marianne Zwagerman en Sietske Bergsma, dan dat ik het hele plein voor mijzelf heb, gezellig samen met Hubert Bruls.

Als je het even moeilijk hebt. Onthou dan. 

Wij hebben elkaar.

En zij hebben niemand.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Sluit vrede met elkaar, voor we in isolatie onze laatste adem uitblazen.

De eerste keer dat ik de blauwe, naar zwarte neigende plekken op mijn vader’s polsen zag, wist ik instinctief dat het foute boel was. 

Hij probeerde ze naarstig te negeren, te bedekken onder truien, mouwen en manchetten, maar hoe lang kun je je verbergen voor je gezin, voor je teamgenoten van het waterpoloteam én voor het noodlot. 

Heb je je gestoten Hans?

Ook de bloedbank, waar hij altijd trouw aan gaf, stuurde al een tijdje paniekerige brieven, dat hij wellicht beter even naar de huisarts kon gaan. 

En zo nam mijn gigantische, ijzersterke, ongenaakbare vader, de eerste glibberige treden naar beneden, rechtstreeks naar het koortsige duister van de medische hel. Schoorvoetend, als de gewonde leeuw die zijn poot in de schoot legt van de heilige Hiëronymus, die dit keer echter weinig voor hem kon doen. Dit was geen splinter. Dit zat overal. In iedere beenmerg- en bloedcel.  

Het staat me bij als de dag van gisteren, het bloed op zijn hoofdkussen, de vuurrode puntjes op zijn enkels, de verbijsterde hematoloog in het Radboud Ziekenhuis die tijdens zijn eerste consult, opkijkend uit zijn papieren, bezorgd aan hem vroeg: “of hij wellicht ooit had meegewerkt aan kernproeven, omdat zijn aandoening eigenlijk uitsluitend in Hirosjima en Nagasaki voorkwam.”*

Het bleek dat hij leed aan refractaire anemie, dat er voor zorgde dat de blasten in zijn bloed de plaats innamen van gezonde cellen en dat zijn platelet count kelderde. 

Het bloed van mijn vader veranderde langzaam in vervuild water, zoute ranja. De bloedcellen in zijn lijf kwamen in opstand, verdrongen elkaar en maakten elkaar het werken onmogelijk. 

Rode en witte gardisten in een koortsige strijd op leven en dood. 

Zijn lichaam had zich tegen zichzelf gekeerd. Een tragedie die uiteindelijk eenzaam en pijnlijk eindigde in een isoleercel voor beenmergtransplantatie en dit gedicht.

Wat mij zo raakt is dat ik, wat ik 30 jaar geleden met mijn zo ongenaakbare vader zag gebeuren, vol afgrijzen, opnieuw zie gebeuren in deze tijd. Onwillekeurige zelfdestructie waardoor alles van waarde, alles dat heilig is wordt vermalen en gesloopt.

Ik zie de auto immuunziekte in onze maatschappij; in onze gezinnen en families. In onze bedrijven en in onze lichamen zelf, waar onze cellen worden aangezet hun eigen gif te produceren. 

Ik zie hoe we als bevolking tegen elkaar worden opgezet, als woedende bloedcellen, die klaar worden gemaakt om onszelf te verzwakken te verdringen en uit te schakelen. 

Ik zie een strijd van vader tegen moeder. Van baas tegen personeel. Van stamgast tegen stamgast in een Leeuwardense kroeg, uitgejoeld en uitgelachen omdat ze het cafe wordt uitgezet, door mensen die nog niet doorhebben dat ze net zo hard, zo niet harder worden verneukt. Oude vrienden die elkaar beschuldigen en haten. Elkaar nu zien als ziekteverwekkers en NSB ers.

Een langzame sloop, die niet te stoppen is, omdat we ons onderling als vijanden zijn gaan gedragen, in een cynische multi dimensionale myelodysplasie. Met dolken achter onze rug verborgen om elkaar heen draaiend, loerend, wachtend op de eerste verdachte beweging van de ander.

Mijn vader was ijzersterk. Alleen zijn eigen lichaam kon hem slopen. 

En dat geldt ook voor onze maatschappij. 

Als we willen dat hetgeen we liefhebben overleeft, zullen wij snel moeten inzien, dat wij niet elkaars vijanden zijn, maar allesverzengende krachten die ons doorstralen van haat en deceptie. 

Machten die alles doen om ons tegen elkaar op te stoken, opdat we onszelf zullen verzwakken en uiteindelijk vernietigen. 

Sluit vrede met elkaar, voor het te laat is en we in isolatie onze laatste adem uitblazen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

*We denken dat hij zijn ziekte opdeed bij Stork in de jaren 60, waar mijn vader als jong ingenieur betrokken was bij het doorstralen van stalen opslagtanks, in een mysterieuze afdeling; het Laboratorium Metalen Stork, waar, behalve een koperen schemerlamp met inscriptie bij ons thuis, niets meer aan herinnert. Ik schreef er, zo zag ik tot mijn eigen verbazing, al eerder een vergeten column over.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Ben je al klaar voor de grote rode truck die alleen jij ziet aankomen?

Ik hou er niet van om op mijn eigen site, mijn heiligdom, over de mRNA vaccinaties en het bizarre griezelcircus eromheen te schrijven. 

Ik hou het hier graag schoon, droog en geurend naar stervende viooltjes.

Schrijven over Covid en de rattenplaag die dat narratief in stand houdt, doe ik al genoeg op twitter net als vele anderen die doorgaans beter onderlegd zijn dan ik. 

Bovendien. De meesten van jullie zijn klaarwakker en nieuwsgierig naar alles wat erover wordt gepubliceerd. Dus wat moet ik jullie nog aan je neus hangen.

Toch is er één drukpunt, waar ik even zonder mooie krullen en slingers bij jullie op wil duwen. 

Denk even mee. 

Stel je staat midden op een snelweg met je vrienden en je geliefden 

en jij ziet als enige van de groep, door de mist, een truck die aan komt razen. 

Wat je ook doet of zegt, ze geloven je niet en ze blijven midden op de weg staan keuvelen. 

Jij springt net op tijd weg, kan misschien een of twee mensen half meetrekken naar de kant. 

Maar de hele weg ligt vol gewonden. 

Wat als jij straks de enige bent die ze kan helpen?

Heb je daar wel eens over nagedacht? 

Ik zie nu veel te veel mensen “in the know” tegelijk, massa’s alarmerende feiten en cijfers rapporteren die wijzen op iets imminent verwoestends.

Journalisten en opiniemakers die zolang ik naar ze luister eigenlijk altijd gelijk krijgen. Al is het vaak een jaar of twee later, als het te laat is: Adam Curry van No Agenda, Mike Moore van de Thomas Payne Podcast, Scott Kesterson van BardsFM en James Delingpole zijn er een paar van. 

Maar ook anders zo gedoseerde, keurige Christenvoorgangers roeren zich. Jack van der Tang en Paul Visser; Je moet hun preken absoluut geluisterd hebben. Niet alleen om hun ongekend scherpe boodschappen, maar ook om de wanhoop en het verdriet in hun stem. Deze nobele mannen vertellen geen sprookjes, ook al is hun God wellicht niet de jouwe. 

Allemaal waarschuwen ze op hun manier voor die vuurrode Mack truck met gele lichtjes en geitenhoorntjes op het metallic dak, van wie maar een enkeling de blazende toeters hoort.

En allemaal zien ze hele volkeren tegelijk midden op de snelweg staan, kromgebogen, met hun prikje in hun arm en hun mondluiertje op, die truck tegemoet schuifelen. 

Ik zie het ook. 

Maar tegelijkertijd, zie ik dat zovelen van ons, die de truck wél zien, nog geen idee hebben wat er straks van ons gevraagd gaat worden. Dat velen nog denken dat de tijd om ons voor te bereiden nog oneindig is of dat de chauffeur van de truck wel op het laatste moment de kant in zal sturen. 

Dat we iets doen, als we alleen op twitter een beetje meekwekken, de zoveelste leugenaar of troll ontmaskeren of één keer in de maand een rondje om de kerk in Amsterdam lopen. 

Helaas. Hopium is a bitch. 

Als de helft van de inktzwarte voorspellingen uitkomt, wordt straks van ons het onmenselijke verwacht. 

Wij zullen, als de tekens ons niet bedriegen, de overgrote rest moeten troosten en voeden, ondersteunen en hun lijden moeten verlichten. 

We zullen zoveel mensen moeten vergeven die ons belachelijk hebben gemaakt, voor gek verklaarden, uit hun leven verbanden of ons zelfs zorg wilden ontzeggen. 

Maar dat is wellicht nog het makkelijkste dat ons te doen staat.

Daarom is de tijd gekomen om steviger in je schoenen te staan. Geestelijk en lichamelijk. 

Of je nou 20 bent of 80. Ga bewegen. Maak je kop helder. 

Te vet? Rennen dikke! Niet morgen, vanavond nog. 

Vermijd blessures én het ziekenhuis, maar werk toe naar de best mogelijke conditie. 

Ga wandelen, zwemmen, boksen, dansen. 

Maar wat je ook doet, trek jezelf achter dat hypnotiserende beeldscherm weg, dat je het idee geeft dat je al iets doet. 

Pak een Bijbel of een ander mooi boek. Rust en leer. Word gezond, lichamelijk en geestelijk. 

Zorg voor een leeg hoofd en een volle kelder en medicijnkast. Zorg voor goede nachtrust. Stop nu met roken en te veel drinken.

Speelkwartier is voorbij. 

Zorg voor voldoende brandhout en leg contacten waarvan je weet dat je er in een crisistijd iets aan hebt. Tien op loopafstand. Honderd die je kunt bellen en duizend op sociale media.

Doe het nu. 

Ik bid dat ik straks, in mei 2022, keihard uitgelachen word om deze column. Dat de dreigende stofwolk met die twee gele lichtjes in de verte, vuurvliegjes zijn of vrolijk keuvelende fietsers in de nacht.

Maar vooralsnog vrees ik met grote vrezen.

Kom dus van je luie kont af. En doe het nu.

Als het niet nodig blijkt te zijn, ben je straks in ieder geval een beter, gezonder en gelukkiger mens geworden. En dan lach jij weer.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Ondersteun mij dan hier!

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Stop met slaafs gehoorzamen. We gaan punk nieuw leven inblazen.

P.A. Splashing Tovs Breda. Pluu. 1980. Ate. Coen. Eddy. Ik buiten beeld, zoals altijd.

Ik scheer mezelf één keer in de drie weken. Met een tondeuse.

Zo bespaar ik behalve een boel geld, flink op tenenkrommende gekwebbel van de kapper.

Alleen mijn kop moet er aan geloven, die moet kaal. 

De rest van het struikgewas mag welig tieren en krullen, de Chinese Naakthondenlook met olietjes en geparfumeerde lotionnetjes, dat is niets voor mij. 

De hele scheeroperatie is in vijf minuten gepiept.

Ik sta dan voor de spiegel met mijn oude Philips van de Blokker, die lawaai maakt als een boze elektrische heggenschaar.

Eerst zijn baard en gezichtshaar aan de beurt en daarna trek ik strakke banen van achter naar voren over mijn schedel. De kunst is om in zo min mogelijk stroken alles te verwijderen. 

Het gaat van links- en rechtsonder naar boven, tot er precies in het midden een smalle verheven baan overblijft. 

Een bejaarde para van de 101st Airborne staart me dan een moment aan vanuit de spiegel.

A man can dream.

Robert de Niro uit Taxidriver. “Are you talking to me?”

Maar ik kijk vooral recht in het gezicht van de geesten van mijn verleden. 

Terug in de tijd waarin we niet lamlendig op de bank bleven zitten, ons niet langzaam lieten slopen door vazallen van de macht. Niet lieten piepelen door de eikeltjes van de klas door welke leraar of oom agent dan ook. We hadden schijt en zij waren doodsbang. Ook al waren we amper 16 jaar.

Het was de tijd dat we op onze eigen explosieve manier in opstand kwamen tegen de verrotte uitzichtloze tyfusmongolen-maatschappij die ze ons op wilden dringen. 

Een tijd net als nu.

Maar nu is het stil. Te stil.

Ik wil die geest van 40 jaar geleden terug, toen we op onze eigen manier, in een explosie van autonomie en creativiteit vochten voor onze vrijheid en ons leven. 

De tijd dat ik met Eddie en Coentje, Ate, Jeroen, Patrick, Walter, Niels, Hugo de straten van Breda onveilig maakte en iedereen een straatje voor ons omliep. 

Eddie, onze zanger, met een dode muis, platje, op zijn jas geprikt, zijn broek steevast opsierend met de snuitsels van zijn bloedneuzen én bovendien de eerste scheurbuikpatiënt van Breda in 300 jaar, omdat hij een jaar lang alleen palingworst at. Kleine, bleke, gebeeldhouwde Ate, een cherubijntje, met zijn te grote zwarte jas en zware kettingen en twee snaren op zijn gitaar. Patrick, de snelste drummer van de stad. Ik mis het.

Wij waren Punkers. 

Echte. 

De tweede generatie, na pioniers, zoals Diana Ozon, de Rondo’s, de Ex en de briljante Dr Rat. 

De generatie die Max Matkiel vereeuwigde in zijn fotoboek Paradiso.  

Wij waren niet links zoals die rooie Amsterdammers. Maar ook niet rechts, wij waren helemaal niet politiek, maar van helemaal niemand. Kwaad op iedereen. Knokkend tegen alles, inclusief onszelf en ons lichaam, dat we met liefde mishandelden, doorstaken en uitmergelden. 

Maar vooral tegen de saaie burgerlijkheid. De landerige truttigheid, de eindeloze verveling, de uitzichtloze werkeloosheid en een bom die ieder moment kon vallen. 

Anarchisten 14+

We maakten onze eigen kleren en sieraden. Sliepen in kelders en telefooncellen. Schoren en beschermden elkaar.

We begonnen punkbandjes, voor we ook maar één noot konden spelen. Met gitaren waarop net zoveel snaren lagen, als je kon stelen; desnoods uit een piano, het donderde niet. Als er maar een gruwelijke herrie uit kwam. 

En al konden we niets. We stonden wel in het Paard van Troje en de Stokvishallen, onze longen uit ons lijf te krijsen in het voorprogramma van MDC, de favoriete band van Kurt Cobain. We trokken een spoor van puin en herrie door het hele land.

De afgrijselijkheid van de tijd, maakte dat wij onze eigen gemeenschap creëerden, waar de burgertjes doodsbang voor waren. Een herkenbare wereldwijde gemeenschap, waar je altijd terecht kon, altijd welkom was en altijd kon blijven slapen of eten, overal in Europa. 

We staken als een nest fel gekleurde horzels af tegen de grijsheid van de tijd. 

En niemand deed ons wat. 

Steeds langer aarzel ik voor ik mijn mohawk afscheer. En steeds vaker vraag ik me af of de tijd niet gekomen is om die hanenkam door te laten groeien, vuurrood te verven met lakverf en deze in spikes op te steken naar de hemel.

En misschien doe ik dat ook wel. Dat zullen de buurtjes in het Spiegel vast dolletjes vinden.

In ieder geval gaan wij, vijftigers, maar weer een band beginnen; Patrick en ik. 

Omdat de jeugd van nu liever gehoorzaam in de rij staat voor testjes, met mondluiertjes door schoolgangen schuifelt of zich laat betalen om met blote tietjes voor het klimaat te demonstreren.

Onze punkband gaat Frikandel heten. 

Want iemand moet het goede voorbeeld geven. 

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Internet blackouts, tekorten, noodsituaties. Hoe bereid je je voor op de aanstormende rode truck?

Het is alweer bijna vergeten in de mêlee van de nieuwe dag, maar de massale uitval van internetdiensten gisteren, zit me helemaal niet lekker. 

Dit ging veel verder dan de servers van Zuckerberg en zijn vette dochters Whatsapp en Instagram. 

Dit gebbetje raakte ook banken en overheidsinstellingen. Onder anderen DigiD in Nederland.

Natuurlijk was het hilarisch dat de steppende quinoavreters van Facebook niet eens hun eigen spiegelpaleis in konden komen, omdat de pasjes op hetzelfde systeem draaiden, maar het was tegelijkertijd ook beangstigend. 

Wat is er allemaal nog meer gekoppeld en kwetsbaar als delen van het internet uitvallen? De beademing van je oma? Het gaspedaal van je Tesla? Kernreactoren? Luchtafweersystemen?

“Experts” staan voor een raadsel hoe dit kon gebeuren. En dat is maakt het alleen maar enger. Zeker als je beseft dat werkelijk alles tegenwoordig is gekoppeld aan hetzelfde netwerk waar gisteren nonchalant een enorme hap uit werd genomen. 

Van tankstation tot ziekenhuis. Van melkfabriek tot nooddienst. Banken, verzekeraars, telefoonbedrijven, alles hangt aan hetzelfde dunne draadje. Maar wie is de giftige spin die zo nonchalant het hele web vernielt?

Wat mij betreft ruiken de gebeurtenissen van gisteren iets te veel naar een generale repetitie in de stijl van Event 201.

Een volgende Stufe in de opmaat naar de Great Reset. 

Maar of die actie van gisteren nu een Kriegsspiel van aspirant Reichsführer Schwab was, die de gebeurtenissen van gisteren pontificaal voorspelde -zoals de mensen uit zijn club alles voorspellen wat ze met ons uit gaan vreten- een actie van whitehat hackers of een daad van cynische blackhats op zoek naar data om mensen mee af te persen, het doet er eigenlijk niet toe. 

Wij, de normale mensen, die met zijn allen aan dit zijden kabeltje hangen, zijn hoe dan ook het bokje als het systeem plotseling instort of omver wordt geduwd.

En het enige dat wij kunnen doen is ons zo goed mogelijk voorbereiden om het volgende bedrijf in dit duivelse theater te overleven. 

Ik zal heel kort opschrijven wat ik, op basis van gezond verstand, kan bedenken. 

De grap is dat het meeste dat je echt nodig hebt, maar heel weinig kost. En als de storm over waait kun je altijd je eigen voorraden verkleinen door ze op te eten of te gebruiken.

En ik nodig jullie graag uit om in de comments, jullie inzichten en tips te delen. 

Haal voor een maand eten in huis. Lang houdbaar. Koffie, bonen, meel, chocolade en rijst. Pindakaas en honing. 

Koop een vriezer. Of twee als je er plaats hebt en vul deze met hoog calorisch voedsel zoals vlees.  

Heb je een baby? Zorg voor melkpoeder en luiers.  

Zoek uit of er ergens in je buurt schoon water stroomt. 

Vul sowieso een paar jerrycans met drinkwater.

Zorg dat je auto altijd is afgetankt en goed is onderhouden.

Haal veel kaarsen, lucifers en haardhout in huis. 

Zorg voor voldoende medicijnen, vitamines en verband. 

Als je bang bent voor ADE, verdiep je dan in de vele natuurgeneeswijzen die rondgaan op internet. Baat het niet dan schaadt het niet. 

Regel alcohol, tandpasta, vrouwenspullen en zeep.

Begin zo snel mogelijk met een moestuin. Dat kan al op je vensterbank. 

Bewaar boeken, LP’s en DVD’s. Gooi oude recorders en spelers niet weg. 

Zorg voor voldoende warme kleren en wasmiddel.

Zorg dat je elkaar weet te vinden buiten de grote sociale media systemen. Gettr en Gab zijn onafhankelijk en zouden kunnen blijven staan.

Regel een oude Nokia vol nummers. Maar noteer ook weer belangrijke gegevens op papier.

Regel schoolboeken voor je kinderen en een Bijbel ( ja, lach maar).

Regel oude werktuigen. Zagen, multi-tool, hamers, schroevendraaiers. En een hengel.

Zorg voor een generator of koppel een batterijsysteem aan je zonnepanelen. 

Neem een grote hond. Of twee. 

Zorg dat je zelf in optimale conditie bent. 

Oh, en laat het WC papier maar zitten.

Zo nou jullie!  

Ik ben even boodschappen doen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!

Een demonstratie is niet genoeg als je de monsters wilt verdrijven.

Zondag vierde ik mijn eerste “covid demonstratie lustrum” in Amsterdam. Op de Dam, waar het qua grimmigheid en dreiging een stuk knusser was dan op het Museumplein, het veld waarvan het malse gras na het getrappel van hordes paarden en geplet onder de grove banden van blauwe busjes, zelfs opnieuw moest worden ingezaaid. 

In een dik uur zag ik, geplakt tegen de zijmuur van het Paleis, in de kletterende regen, een eindeloze stroom mensen aan me voorbij spoelen. Veel meer dan 25.000 zielen, zo leek het, maar tellen was nooit mijn sterkste punt.

Indrukwekkend was het wel.

Er was iets uitzonderlijks dat deze klaterende menselijke waterval vol kleurige paraplu’s verbond. Deze rivier van gestalten met hun enorme verscheidenheid in leeftijd, kleur en sociale klasse. Deze hele mensheid, variërend van dronkenlap tot directeur. Van schattige kleine meisjes in roze regenjasjes tot oudjes in rolstoelen. 

Er was iets dat ze bond, buiten hun afkeer tegen QR codes en medische apartheid en hun hunkering naar vrijheid. 

Ik kon er gisteren zo niet opkomen, maar nu zie ik het.

Ik heb geen kwaad gezien.

Geen agressie, geen gebalde vuisten.

Alleen de regendruppels vormden tranen op de uitgelaten gezichten. 

De stoet kenmerkte zich door een ontwapenende vrolijkheid, die ik niet kon rijmen met de geselende stortbuien en blijdschap die zich om de paar minuten ontlaadde in een ontroerend oorverdovend gejuich.

Het leek op Jericho. 

Maar de muren van de dictatuur staan nog recht overeind.

Er gebeurden mooie dingen.

Zo kwam er een dame naar me toe, die me vertelde dat mijn stukken haar hoop gaven. “Het is andersom mevrouw. U loopt hier in de stromende regen. U bent degene die mij energie geeft.” Dat had ik natuurlijk moeten antwoorden, maar er kwam zoals gewoonlijk alleen een schaapachtig “dankjewel” of zoiets uit mijn mond. 

Ik omhelsde een vriendinnetje, dat ik dertig jaar niet had gezien. Had een mooi gesprek met een wildvreemde en had tevreden naar huis kunnen gaan, met mijn druipende, als een stekker balende hond, maar er bleef iets knagen.

I don’t want to rain on your parade.

Wat ik gisteren zag, gaf me 25000 sprankjes hoop en moed, maar met rondjes door Amsterdam lopen, gaan we deze strijd niet winnen. 

Ondanks alle “positive vibes” die je voelt als met je neus middenin zo’n uitgelaten optocht staat, zien de miljoenen mensen thuis voor de buis iets anders.

Het lavenlegioen van RTL en NOS, de kuddes gekochte journalisten en cynische opiniescharrelaars zullen er alles aan doen om deze demonstratie en de ook de volgende en de volgende, aan de grijze massa op de driezitsbank te verkopen als een bruine berg stront, vol racisten, terroristen en moordlustig schorem, zoals ze dat eerder deden op het Museumplein en in Washington op 6 januari. 

Ze zullen een miniem detail pakken en dat eindeloos uitvergroten, gesauteerd met ronkende teksten als extreem rechts, tuig en terrorisme.

Wie herinnert zich niet het incident van de boeren die de deur van het provinciehuis in Groningen licht beschadigden of het moment dat ze balorig rondreden met een onbeholpen grafkist. Het werd uitvergroot tot epische proporties. Het terechte boerendoel werd snel vergeten, maar de nare geur van geweld en dood bleef nog lang hangen aan de boerenstand.

Zo machtig zijn de media.

Maar ook als er helemaal niets gebeurt, zoals deze zondag, vinden ze wel iets om vijfentwintigduizend lieve mensen, één slechte naam te geven. Een vervelend T-shirt of een ander attribuut waar ze hun spin aan op kunnen hangen, volstaat.

En dan nog, zelfs als alle demonstranten zich zouden gedragen als modelburgers met ANWB regenjassen, gekamde haren en gepoetste schoenen en iedereen geurde naar viooltjes, zouden ze er niet voor terugdeinzen om een figurant tussen de mensen te zetten, die even iemand op zijn bek slaat of zijn rechterarm uitsteekt voor de klikkende NOS en RTL camera’s. 

Alles, zodat Yoeri Albrecht, Eveline Rethmeijer, Rudy Bouma en Bart Nijman maar een week lang “Schande” en “Tuig” kunnen krijsen. 

Het probleem is dat wij, de kletsnatten, wel beter weten, maar de miljoenen thuisblijvers niet. 

Zij zitten op een main stream media dieet zonder “blckbx” en krijgen uitsluitend te zien wat Hilversum en het Algemeen Dagblad ze voorkauwen.

En dat beeld schreeuwt alleen: “Bij deze literblikken bier op straat gooiende rotzakken en tegen de muur aan plassende viezeriken met hun galg, wil je niet horen.” 

Vandaar dat de beweging die de straat op gaat om te demonstreren tegen de medische apartheid maar niet wil groeien, terwijl de repressie en de dictatuur voortwoekeren als nooit tevoren.

Niemand wil een wappie zijn.

We zullen het anders moeten doen als we ons land willen “de-monstreren” Als we willen dat er iets verandert is een rondje hossen om de Oude Kerk niet genoeg. 

We zullen anders tegen “demonstreren” aan moeten kijken. En er een andere invulling aan moeten geven. 

Demonstrare, betekent niets meer of minder dan aantonen. “laten zien”. 

Wij mogen niet langer onze positieve energie en onze kennis bewaren voor elkaar, ons enthousiasme niet reserveren voor ons rituele uitje in Amsterdam of Den Haag. Hoe gezellig het ook is.

Als we echt iets willen veranderen, moeten we iedere dag als 25000 ambassadeurs van rede, liefde en vergevingsgezindheid, gaan demonstreren in onze eigen omgeving. 

Niet door leuzen te schreeuwen of keihard te juichen, maar door deel te nemen aan het debat, door te ons uit te spreken tijdens borrels en gemeenteraadsvergaderingen, door onze vinger op te steken tijdens ouderavonden. Door op onze eigen schoolpleinen, in ons eigen bedrijf, op onze eigen feestjes en in onze eigen buurt verbindingen leggen en elkaar’s geluid versterken. Door steeds te laten zien hoe het zit. En te laten zien dat we de dictatuur niet pikken. 

Geladen met kennis waar zoveel mensen van verstoken blijven, moeten we steeds opnieuw onze vingers durven zetten in de gapende scheuren van het afbrokkelende covid en qr narratief. En iedereen uit de hypnose halen die daar ook maar een beetje voor open staat.

Geduldig de boosheid en uitsluiting trotseren en gaandeweg mens na mens de schellen van de ogen laten vallen. 

Het confronteren van je eigen moeder of je collega’s, het opstaan tijdens een schoolvergadering of discussies voeren met je voetbalteam vereist meer moed, dan het trotseren van een peloton M.E’ers, maar alleen door iedere dag te demonstreren tussen de mensen waar we van houden, jagen we de monsters weg uit Nederland. 

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Je kunt mij hier ondersteunen.

Vind je mijn werk goed, mooi of zelfs belangrijk? Deel deze post dan zoveel mogelijk! Ook kun je mijn werk ondersteunen met een donatie!